De of het aanbidder?
De aanbidder
Is het de of het aanbidder
In de Nederlandse taal gebruiken wij de aanbidder.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
Aanbidder is mannelijk
English: worshiper
Deutsch: Anbeter | Bekijk of het der of die Anbeter is.
Français: adorateur | Bekijk of het Le o La adorateur is.
Jou of jouw: jouw aanbidder
Buigings-e:
Mooi of mooie aanbidder
Groot of grote aanbidder
Half of halve aanbidder
Grappig of grappige aanbidder
Leeg of lege aanbidder
leuk of leuke aanbidder
Vet of vette aanbidder
Snel of snelle aanbidder
Wit of witte aanbidder
Klein of kleine aanbidder
Rood of rode aanbidder
Dik of dikke aanbidder
Oud of oude aanbidder
Goed of goede aanbidder
Wat rijmt er op aanbidder
Elk of elke: Elke aanbidder
Aanwijzend voornaamwoord: Die aanbidder
Bezittelijk voornaamwoord: Onze aanbidder
Wat rijmt er op aanbidder
Buigings-e:
Mooi of mooie aanbidder
Groot of grote aanbidder
Half of halve aanbidder
Grappig of grappige aanbidder
Leeg of lege aanbidder
leuk of leuke aanbidder
Vet of vette aanbidder
Snel of snelle aanbidder
Wit of witte aanbidder
Klein of kleine aanbidder
Rood of rode aanbidder
Dik of dikke aanbidder
Oud of oude aanbidder
Goed of goede aanbidder
Wat rijmt er op aanbidder
Elk of elke: Elke aanbidder
Aanwijzend voornaamwoord: Die aanbidder
Bezittelijk voornaamwoord: Onze aanbidder
Wat rijmt er op aanbidder
Oefening van de dag