De of het aankoopgedrag?
Het aankoopgedrag
Is het de of het aankoopgedrag
In de Nederlandse taal gebruiken wij het aankoopgedrag.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: purchasing
Deutsch: Einkauf | Bekijk of het der of die Einkauf is.
Français: achat | Bekijk of het Le o La achat is.
Jou of jouw: jouw aankoopgedrag
Buigings-e:
Mooi of mooie aankoopgedrag
Groot of grote aankoopgedrag
Half of halve aankoopgedrag
Grappig of grappige aankoopgedrag
Leeg of lege aankoopgedrag
leuk of leuke aankoopgedrag
Vet of vette aankoopgedrag
Snel of snelle aankoopgedrag
Wit of witte aankoopgedrag
Klein of kleine aankoopgedrag
Rood of rode aankoopgedrag
Dik of dikke aankoopgedrag
Oud of oude aankoopgedrag
Goed of goede aankoopgedrag
Wat rijmt er op aankoopgedrag
Elk of elke: Elk aankoopgedrag
Aanwijzend voornaamwoord: Dat aankoopgedrag
Bezittelijk voornaamwoord: Ons aankoopgedrag
Wat rijmt er op aankoopgedrag
Buigings-e:
Mooi of mooie aankoopgedrag
Groot of grote aankoopgedrag
Half of halve aankoopgedrag
Grappig of grappige aankoopgedrag
Leeg of lege aankoopgedrag
leuk of leuke aankoopgedrag
Vet of vette aankoopgedrag
Snel of snelle aankoopgedrag
Wit of witte aankoopgedrag
Klein of kleine aankoopgedrag
Rood of rode aankoopgedrag
Dik of dikke aankoopgedrag
Oud of oude aankoopgedrag
Goed of goede aankoopgedrag
Wat rijmt er op aankoopgedrag
Elk of elke: Elk aankoopgedrag
Aanwijzend voornaamwoord: Dat aankoopgedrag
Bezittelijk voornaamwoord: Ons aankoopgedrag
Wat rijmt er op aankoopgedrag
Oefening van de dag