De aanlevering
Is het de of het aanlevering
In de Nederlandse taal gebruiken wij de aanlevering.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: supply
Deutsch: Lieferung | Bekijk of het der of die Lieferung is.
Français: livraison | Bekijk of het Le o La livraison is.
Jou of jouw: jouw aanlevering
Buigings-e:
Mooi of mooie aanlevering
Groot of grote aanlevering
Half of halve aanlevering
Grappig of grappige aanlevering
Leeg of lege aanlevering
leuk of leuke aanlevering
Vet of vette aanlevering
Snel of snelle aanlevering
Wit of witte aanlevering
Klein of kleine aanlevering
Rood of rode aanlevering
Dik of dikke aanlevering
Oud of oude aanlevering
Goed of goede aanlevering
Wat rijmt er op aanlevering
Elk of elke: Elke aanlevering
Aanwijzend voornaamwoord: Die aanlevering
Bezittelijk voornaamwoord: Onze aanlevering
Wat rijmt er op aanlevering
gegevensaanlevering - zorgaanlevering - her-aanlevering -
Oefening van de dag