De of het aanraking?
De aanraking
Is het de of het aanraking
In de Nederlandse taal gebruiken wij de aanraking.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
Aanraking is vrouwelijk
English: touch
Deutsch: sich berühren | Bekijk of het der of die sich berühren is.
Français: toucher | Bekijk of het Le o La toucher is.
Jou of jouw: jouw aanraking
Buigings-e:
Mooi of mooie aanraking
Groot of grote aanraking
Half of halve aanraking
Grappig of grappige aanraking
Leeg of lege aanraking
leuk of leuke aanraking
Vet of vette aanraking
Snel of snelle aanraking
Wit of witte aanraking
Klein of kleine aanraking
Rood of rode aanraking
Dik of dikke aanraking
Oud of oude aanraking
Goed of goede aanraking
Wat rijmt er op aanraking
Elk of elke: Elke aanraking
Aanwijzend voornaamwoord: Die aanraking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze aanraking
Wat rijmt er op aanraking
Buigings-e:
Mooi of mooie aanraking
Groot of grote aanraking
Half of halve aanraking
Grappig of grappige aanraking
Leeg of lege aanraking
leuk of leuke aanraking
Vet of vette aanraking
Snel of snelle aanraking
Wit of witte aanraking
Klein of kleine aanraking
Rood of rode aanraking
Dik of dikke aanraking
Oud of oude aanraking
Goed of goede aanraking
Wat rijmt er op aanraking
Elk of elke: Elke aanraking
Aanwijzend voornaamwoord: Die aanraking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze aanraking
Wat rijmt er op aanraking
Oefening van de dag