De of het afbestellen?
Het afbestellen
Is het de of het afbestellen
In de Nederlandse taal gebruiken wij het afbestellen.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: cancel
Deutsch: rückgängig machen | Bekijk of het der of die rückgängig machen is.
Français: annuler | Bekijk of het Le o La annuler is.
Jou of jouw: jouw afbestellen
Buigings-e:
Mooi of mooie afbestellen
Groot of grote afbestellen
Half of halve afbestellen
Grappig of grappige afbestellen
Leeg of lege afbestellen
leuk of leuke afbestellen
Vet of vette afbestellen
Snel of snelle afbestellen
Wit of witte afbestellen
Klein of kleine afbestellen
Rood of rode afbestellen
Dik of dikke afbestellen
Oud of oude afbestellen
Goed of goede afbestellen
Wat rijmt er op afbestellen
Elk of elke: Elk afbestellen
Aanwijzend voornaamwoord: Dat afbestellen
Bezittelijk voornaamwoord: Ons afbestellen
Wat rijmt er op afbestellen
Buigings-e:
Mooi of mooie afbestellen
Groot of grote afbestellen
Half of halve afbestellen
Grappig of grappige afbestellen
Leeg of lege afbestellen
leuk of leuke afbestellen
Vet of vette afbestellen
Snel of snelle afbestellen
Wit of witte afbestellen
Klein of kleine afbestellen
Rood of rode afbestellen
Dik of dikke afbestellen
Oud of oude afbestellen
Goed of goede afbestellen
Wat rijmt er op afbestellen
Elk of elke: Elk afbestellen
Aanwijzend voornaamwoord: Dat afbestellen
Bezittelijk voornaamwoord: Ons afbestellen
Wat rijmt er op afbestellen
Oefening van de dag