De of het asdag?
De asdag
Is het de of het asdag
In de Nederlandse taal gebruiken wij de asdag.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: Arbor day
Deutsch: Arbor Tag | Bekijk of het der of die Arbor Tag is.
Français: jour de Arbor | Bekijk of het Le o La jour de Arbor is.
Jou of jouw: jouw asdag
Buigings-e:
Mooi of mooie asdag
Groot of grote asdag
Half of halve asdag
Grappig of grappige asdag
Leeg of lege asdag
leuk of leuke asdag
Vet of vette asdag
Snel of snelle asdag
Wit of witte asdag
Klein of kleine asdag
Rood of rode asdag
Dik of dikke asdag
Oud of oude asdag
Goed of goede asdag
Wat rijmt er op asdag
Elk of elke: Elke asdag
Aanwijzend voornaamwoord: Die asdag
Bezittelijk voornaamwoord: Onze asdag
Wat rijmt er op asdag
sinterklaasdag - paasdag - eerstepaasdag -
Buigings-e:
Mooi of mooie asdag
Groot of grote asdag
Half of halve asdag
Grappig of grappige asdag
Leeg of lege asdag
leuk of leuke asdag
Vet of vette asdag
Snel of snelle asdag
Wit of witte asdag
Klein of kleine asdag
Rood of rode asdag
Dik of dikke asdag
Oud of oude asdag
Goed of goede asdag
Wat rijmt er op asdag
Elk of elke: Elke asdag
Aanwijzend voornaamwoord: Die asdag
Bezittelijk voornaamwoord: Onze asdag
Wat rijmt er op asdag
sinterklaasdag - paasdag - eerstepaasdag -
Oefening van de dag