De of het basisfunctionaliteit?
De basisfunctionaliteit
Is het de of het basisfunctionaliteit
In de Nederlandse taal gebruiken wij de basisfunctionaliteit.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: basic functionality
Deutsch: Grundfunktionalität | Bekijk of het der of die Grundfunktionalität is.
Français: fonctionnalité de base | Bekijk of het Le o La fonctionnalité de base is.
Jou of jouw: jouw basisfunctionaliteit
Buigings-e:
Mooi of mooie basisfunctionaliteit
Groot of grote basisfunctionaliteit
Half of halve basisfunctionaliteit
Grappig of grappige basisfunctionaliteit
Leeg of lege basisfunctionaliteit
leuk of leuke basisfunctionaliteit
Vet of vette basisfunctionaliteit
Snel of snelle basisfunctionaliteit
Wit of witte basisfunctionaliteit
Klein of kleine basisfunctionaliteit
Rood of rode basisfunctionaliteit
Dik of dikke basisfunctionaliteit
Oud of oude basisfunctionaliteit
Goed of goede basisfunctionaliteit
Wat rijmt er op basisfunctionaliteit
Elk of elke: Elke basisfunctionaliteit
Aanwijzend voornaamwoord: Die basisfunctionaliteit
Bezittelijk voornaamwoord: Onze basisfunctionaliteit
Wat rijmt er op basisfunctionaliteit
Buigings-e:
Mooi of mooie basisfunctionaliteit
Groot of grote basisfunctionaliteit
Half of halve basisfunctionaliteit
Grappig of grappige basisfunctionaliteit
Leeg of lege basisfunctionaliteit
leuk of leuke basisfunctionaliteit
Vet of vette basisfunctionaliteit
Snel of snelle basisfunctionaliteit
Wit of witte basisfunctionaliteit
Klein of kleine basisfunctionaliteit
Rood of rode basisfunctionaliteit
Dik of dikke basisfunctionaliteit
Oud of oude basisfunctionaliteit
Goed of goede basisfunctionaliteit
Wat rijmt er op basisfunctionaliteit
Elk of elke: Elke basisfunctionaliteit
Aanwijzend voornaamwoord: Die basisfunctionaliteit
Bezittelijk voornaamwoord: Onze basisfunctionaliteit
Wat rijmt er op basisfunctionaliteit
Oefening van de dag