De of het boshuis?
Het boshuis
Is het de of het boshuis
In de Nederlandse taal gebruiken wij het boshuis.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: forest house
Jou of jouw: jouw boshuis
Buigings-e:
Mooi of mooie boshuis
Groot of grote boshuis
Half of halve boshuis
Grappig of grappige boshuis
Leeg of lege boshuis
leuk of leuke boshuis
Vet of vette boshuis
Snel of snelle boshuis
Wit of witte boshuis
Klein of kleine boshuis
Rood of rode boshuis
Dik of dikke boshuis
Oud of oude boshuis
Goed of goede boshuis
Wat rijmt er op boshuis
Elk of elke: Elk boshuis
Aanwijzend voornaamwoord: Dat boshuis
Bezittelijk voornaamwoord: Ons boshuis
Wat rijmt er op boshuis
Buigings-e:
Mooi of mooie boshuis
Groot of grote boshuis
Half of halve boshuis
Grappig of grappige boshuis
Leeg of lege boshuis
leuk of leuke boshuis
Vet of vette boshuis
Snel of snelle boshuis
Wit of witte boshuis
Klein of kleine boshuis
Rood of rode boshuis
Dik of dikke boshuis
Oud of oude boshuis
Goed of goede boshuis
Wat rijmt er op boshuis
Elk of elke: Elk boshuis
Aanwijzend voornaamwoord: Dat boshuis
Bezittelijk voornaamwoord: Ons boshuis
Wat rijmt er op boshuis
Oefening van de dag