De of het engeltjesmaakster?
De engeltjesmaakster
Is het de of het engeltjesmaakster
In de Nederlandse taal gebruiken wij de engeltjesmaakster.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: angel maker
Deutsch: Engel Hersteller | Bekijk of het der of die Engel Hersteller is.
Français: ange maker | Bekijk of het Le o La ange maker is.
Jou of jouw: jouw engeltjesmaakster
Buigings-e:
Mooi of mooie engeltjesmaakster
Groot of grote engeltjesmaakster
Half of halve engeltjesmaakster
Grappig of grappige engeltjesmaakster
Leeg of lege engeltjesmaakster
leuk of leuke engeltjesmaakster
Vet of vette engeltjesmaakster
Snel of snelle engeltjesmaakster
Wit of witte engeltjesmaakster
Klein of kleine engeltjesmaakster
Rood of rode engeltjesmaakster
Dik of dikke engeltjesmaakster
Oud of oude engeltjesmaakster
Goed of goede engeltjesmaakster
Wat rijmt er op engeltjesmaakster
Elk of elke: Elke engeltjesmaakster
Aanwijzend voornaamwoord: Die engeltjesmaakster
Bezittelijk voornaamwoord: Onze engeltjesmaakster
Wat rijmt er op engeltjesmaakster
Buigings-e:
Mooi of mooie engeltjesmaakster
Groot of grote engeltjesmaakster
Half of halve engeltjesmaakster
Grappig of grappige engeltjesmaakster
Leeg of lege engeltjesmaakster
leuk of leuke engeltjesmaakster
Vet of vette engeltjesmaakster
Snel of snelle engeltjesmaakster
Wit of witte engeltjesmaakster
Klein of kleine engeltjesmaakster
Rood of rode engeltjesmaakster
Dik of dikke engeltjesmaakster
Oud of oude engeltjesmaakster
Goed of goede engeltjesmaakster
Wat rijmt er op engeltjesmaakster
Elk of elke: Elke engeltjesmaakster
Aanwijzend voornaamwoord: Die engeltjesmaakster
Bezittelijk voornaamwoord: Onze engeltjesmaakster
Wat rijmt er op engeltjesmaakster
Oefening van de dag