De of het erfgerechtigde?
De erfgerechtigde
Is het de of het erfgerechtigde
In de Nederlandse taal gebruiken wij de erfgerechtigde.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: heir
Deutsch: Erbe | Bekijk of het der of die Erbe is.
Français: héritier | Bekijk of het Le o La héritier is.
Jou of jouw: jouw erfgerechtigde
Buigings-e:
Mooi of mooie erfgerechtigde
Groot of grote erfgerechtigde
Half of halve erfgerechtigde
Grappig of grappige erfgerechtigde
Leeg of lege erfgerechtigde
leuk of leuke erfgerechtigde
Vet of vette erfgerechtigde
Snel of snelle erfgerechtigde
Wit of witte erfgerechtigde
Klein of kleine erfgerechtigde
Rood of rode erfgerechtigde
Dik of dikke erfgerechtigde
Oud of oude erfgerechtigde
Goed of goede erfgerechtigde
Wat rijmt er op erfgerechtigde
Elk of elke: Elke erfgerechtigde
Aanwijzend voornaamwoord: Die erfgerechtigde
Bezittelijk voornaamwoord: Onze erfgerechtigde
Wat rijmt er op erfgerechtigde
Buigings-e:
Mooi of mooie erfgerechtigde
Groot of grote erfgerechtigde
Half of halve erfgerechtigde
Grappig of grappige erfgerechtigde
Leeg of lege erfgerechtigde
leuk of leuke erfgerechtigde
Vet of vette erfgerechtigde
Snel of snelle erfgerechtigde
Wit of witte erfgerechtigde
Klein of kleine erfgerechtigde
Rood of rode erfgerechtigde
Dik of dikke erfgerechtigde
Oud of oude erfgerechtigde
Goed of goede erfgerechtigde
Wat rijmt er op erfgerechtigde
Elk of elke: Elke erfgerechtigde
Aanwijzend voornaamwoord: Die erfgerechtigde
Bezittelijk voornaamwoord: Onze erfgerechtigde
Wat rijmt er op erfgerechtigde
Oefening van de dag