De of het familiebetrekking?
De familiebetrekking
Is het de of het familiebetrekking
In de Nederlandse taal gebruiken wij de familiebetrekking.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: family relationship
Deutsch: Zugehörigkeit | Bekijk of het der of die Zugehörigkeit is.
Français: affiliation | Bekijk of het Le o La affiliation is.
Jou of jouw: jouw familiebetrekking
Buigings-e:
Mooi of mooie familiebetrekking
Groot of grote familiebetrekking
Half of halve familiebetrekking
Grappig of grappige familiebetrekking
Leeg of lege familiebetrekking
leuk of leuke familiebetrekking
Vet of vette familiebetrekking
Snel of snelle familiebetrekking
Wit of witte familiebetrekking
Klein of kleine familiebetrekking
Rood of rode familiebetrekking
Dik of dikke familiebetrekking
Oud of oude familiebetrekking
Goed of goede familiebetrekking
Wat rijmt er op familiebetrekking
Elk of elke: Elke familiebetrekking
Aanwijzend voornaamwoord: Die familiebetrekking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze familiebetrekking
Wat rijmt er op familiebetrekking
Buigings-e:
Mooi of mooie familiebetrekking
Groot of grote familiebetrekking
Half of halve familiebetrekking
Grappig of grappige familiebetrekking
Leeg of lege familiebetrekking
leuk of leuke familiebetrekking
Vet of vette familiebetrekking
Snel of snelle familiebetrekking
Wit of witte familiebetrekking
Klein of kleine familiebetrekking
Rood of rode familiebetrekking
Dik of dikke familiebetrekking
Oud of oude familiebetrekking
Goed of goede familiebetrekking
Wat rijmt er op familiebetrekking
Elk of elke: Elke familiebetrekking
Aanwijzend voornaamwoord: Die familiebetrekking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze familiebetrekking
Wat rijmt er op familiebetrekking
Oefening van de dag