De of het fantaseren?
Het fantaseren
Is het de of het fantaseren
In de Nederlandse taal gebruiken wij het fantaseren.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: imagine
Deutsch: stellen sich vor | Bekijk of het der of die stellen sich vor is.
Français: imagine toi | Bekijk of het Le o La imagine toi is.
Jou of jouw: jouw fantaseren
Buigings-e:
Mooi of mooie fantaseren
Groot of grote fantaseren
Half of halve fantaseren
Grappig of grappige fantaseren
Leeg of lege fantaseren
leuk of leuke fantaseren
Vet of vette fantaseren
Snel of snelle fantaseren
Wit of witte fantaseren
Klein of kleine fantaseren
Rood of rode fantaseren
Dik of dikke fantaseren
Oud of oude fantaseren
Goed of goede fantaseren
Wat rijmt er op fantaseren
Elk of elke: Elk fantaseren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat fantaseren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons fantaseren
Wat rijmt er op fantaseren
Buigings-e:
Mooi of mooie fantaseren
Groot of grote fantaseren
Half of halve fantaseren
Grappig of grappige fantaseren
Leeg of lege fantaseren
leuk of leuke fantaseren
Vet of vette fantaseren
Snel of snelle fantaseren
Wit of witte fantaseren
Klein of kleine fantaseren
Rood of rode fantaseren
Dik of dikke fantaseren
Oud of oude fantaseren
Goed of goede fantaseren
Wat rijmt er op fantaseren
Elk of elke: Elk fantaseren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat fantaseren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons fantaseren
Wat rijmt er op fantaseren
Oefening van de dag