De of het formatieopdracht?
De formatieopdracht
Is het de of het formatieopdracht
In de Nederlandse taal gebruiken wij de formatieopdracht.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: formation task
Deutsch: Bildung Befehl | Bekijk of het der of die Bildung Befehl is.
Français: commandement de la formation | Bekijk of het Le o La commandement de la formation is.
Jou of jouw: jouw formatieopdracht
Buigings-e:
Mooi of mooie formatieopdracht
Groot of grote formatieopdracht
Half of halve formatieopdracht
Grappig of grappige formatieopdracht
Leeg of lege formatieopdracht
leuk of leuke formatieopdracht
Vet of vette formatieopdracht
Snel of snelle formatieopdracht
Wit of witte formatieopdracht
Klein of kleine formatieopdracht
Rood of rode formatieopdracht
Dik of dikke formatieopdracht
Oud of oude formatieopdracht
Goed of goede formatieopdracht
Wat rijmt er op formatieopdracht
Elk of elke: Elke formatieopdracht
Aanwijzend voornaamwoord: Die formatieopdracht
Bezittelijk voornaamwoord: Onze formatieopdracht
Wat rijmt er op formatieopdracht
informatieopdracht -
Buigings-e:
Mooi of mooie formatieopdracht
Groot of grote formatieopdracht
Half of halve formatieopdracht
Grappig of grappige formatieopdracht
Leeg of lege formatieopdracht
leuk of leuke formatieopdracht
Vet of vette formatieopdracht
Snel of snelle formatieopdracht
Wit of witte formatieopdracht
Klein of kleine formatieopdracht
Rood of rode formatieopdracht
Dik of dikke formatieopdracht
Oud of oude formatieopdracht
Goed of goede formatieopdracht
Wat rijmt er op formatieopdracht
Elk of elke: Elke formatieopdracht
Aanwijzend voornaamwoord: Die formatieopdracht
Bezittelijk voornaamwoord: Onze formatieopdracht
Wat rijmt er op formatieopdracht
informatieopdracht -
Oefening van de dag