De of het gemeenschapgebeurtenis?
De gemeenschapgebeurtenis
Is het de of het gemeenschapgebeurtenis
In de Nederlandse taal gebruiken wij de gemeenschapgebeurtenis.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: community events
Jou of jouw: jouw gemeenschapgebeurtenis
Buigings-e:
Mooi of mooie gemeenschapgebeurtenis
Groot of grote gemeenschapgebeurtenis
Half of halve gemeenschapgebeurtenis
Grappig of grappige gemeenschapgebeurtenis
Leeg of lege gemeenschapgebeurtenis
leuk of leuke gemeenschapgebeurtenis
Vet of vette gemeenschapgebeurtenis
Snel of snelle gemeenschapgebeurtenis
Wit of witte gemeenschapgebeurtenis
Klein of kleine gemeenschapgebeurtenis
Rood of rode gemeenschapgebeurtenis
Dik of dikke gemeenschapgebeurtenis
Oud of oude gemeenschapgebeurtenis
Goed of goede gemeenschapgebeurtenis
Wat rijmt er op gemeenschapgebeurtenis
Elk of elke: Elke gemeenschapgebeurtenis
Aanwijzend voornaamwoord: Die gemeenschapgebeurtenis
Bezittelijk voornaamwoord: Onze gemeenschapgebeurtenis
Wat rijmt er op gemeenschapgebeurtenis
Buigings-e:
Mooi of mooie gemeenschapgebeurtenis
Groot of grote gemeenschapgebeurtenis
Half of halve gemeenschapgebeurtenis
Grappig of grappige gemeenschapgebeurtenis
Leeg of lege gemeenschapgebeurtenis
leuk of leuke gemeenschapgebeurtenis
Vet of vette gemeenschapgebeurtenis
Snel of snelle gemeenschapgebeurtenis
Wit of witte gemeenschapgebeurtenis
Klein of kleine gemeenschapgebeurtenis
Rood of rode gemeenschapgebeurtenis
Dik of dikke gemeenschapgebeurtenis
Oud of oude gemeenschapgebeurtenis
Goed of goede gemeenschapgebeurtenis
Wat rijmt er op gemeenschapgebeurtenis
Elk of elke: Elke gemeenschapgebeurtenis
Aanwijzend voornaamwoord: Die gemeenschapgebeurtenis
Bezittelijk voornaamwoord: Onze gemeenschapgebeurtenis
Wat rijmt er op gemeenschapgebeurtenis
Oefening van de dag