De of het insemineren?
Het insemineren
Is het de of het insemineren
In de Nederlandse taal gebruiken wij het insemineren.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: inseminate
Deutsch: besamen | Bekijk of het der of die besamen is.
Français: inséminer | Bekijk of het Le o La inséminer is.
Jou of jouw: jouw insemineren
Buigings-e:
Mooi of mooie insemineren
Groot of grote insemineren
Half of halve insemineren
Grappig of grappige insemineren
Leeg of lege insemineren
leuk of leuke insemineren
Vet of vette insemineren
Snel of snelle insemineren
Wit of witte insemineren
Klein of kleine insemineren
Rood of rode insemineren
Dik of dikke insemineren
Oud of oude insemineren
Goed of goede insemineren
Wat rijmt er op insemineren
Elk of elke: Elk insemineren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat insemineren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons insemineren
Wat rijmt er op insemineren
Buigings-e:
Mooi of mooie insemineren
Groot of grote insemineren
Half of halve insemineren
Grappig of grappige insemineren
Leeg of lege insemineren
leuk of leuke insemineren
Vet of vette insemineren
Snel of snelle insemineren
Wit of witte insemineren
Klein of kleine insemineren
Rood of rode insemineren
Dik of dikke insemineren
Oud of oude insemineren
Goed of goede insemineren
Wat rijmt er op insemineren
Elk of elke: Elk insemineren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat insemineren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons insemineren
Wat rijmt er op insemineren
Oefening van de dag