De of het instantsoep?
De instantsoep
Is het de of het instantsoep
In de Nederlandse taal gebruiken wij de instantsoep.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: instant soup
Deutsch: Instant-Suppe | Bekijk of het der of die Instant-Suppe is.
Français: soupe instantanée | Bekijk of het Le o La soupe instantanée is.
Jou of jouw: jouw instantsoep
Buigings-e:
Mooi of mooie instantsoep
Groot of grote instantsoep
Half of halve instantsoep
Grappig of grappige instantsoep
Leeg of lege instantsoep
leuk of leuke instantsoep
Vet of vette instantsoep
Snel of snelle instantsoep
Wit of witte instantsoep
Klein of kleine instantsoep
Rood of rode instantsoep
Dik of dikke instantsoep
Oud of oude instantsoep
Goed of goede instantsoep
Wat rijmt er op instantsoep
Elk of elke: Elke instantsoep
Aanwijzend voornaamwoord: Die instantsoep
Bezittelijk voornaamwoord: Onze instantsoep
Wat rijmt er op instantsoep
Buigings-e:
Mooi of mooie instantsoep
Groot of grote instantsoep
Half of halve instantsoep
Grappig of grappige instantsoep
Leeg of lege instantsoep
leuk of leuke instantsoep
Vet of vette instantsoep
Snel of snelle instantsoep
Wit of witte instantsoep
Klein of kleine instantsoep
Rood of rode instantsoep
Dik of dikke instantsoep
Oud of oude instantsoep
Goed of goede instantsoep
Wat rijmt er op instantsoep
Elk of elke: Elke instantsoep
Aanwijzend voornaamwoord: Die instantsoep
Bezittelijk voornaamwoord: Onze instantsoep
Wat rijmt er op instantsoep
Oefening van de dag