De of het inventariseren?
Het inventariseren
Is het de of het inventariseren
In de Nederlandse taal gebruiken wij het inventariseren.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: inventory
Deutsch: Inventar | Bekijk of het der of die Inventar is.
Français: inventaire | Bekijk of het Le o La inventaire is.
Jou of jouw: jouw inventariseren
Buigings-e:
Mooi of mooie inventariseren
Groot of grote inventariseren
Half of halve inventariseren
Grappig of grappige inventariseren
Leeg of lege inventariseren
leuk of leuke inventariseren
Vet of vette inventariseren
Snel of snelle inventariseren
Wit of witte inventariseren
Klein of kleine inventariseren
Rood of rode inventariseren
Dik of dikke inventariseren
Oud of oude inventariseren
Goed of goede inventariseren
Wat rijmt er op inventariseren
Elk of elke: Elk inventariseren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat inventariseren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons inventariseren
Wat rijmt er op inventariseren
Buigings-e:
Mooi of mooie inventariseren
Groot of grote inventariseren
Half of halve inventariseren
Grappig of grappige inventariseren
Leeg of lege inventariseren
leuk of leuke inventariseren
Vet of vette inventariseren
Snel of snelle inventariseren
Wit of witte inventariseren
Klein of kleine inventariseren
Rood of rode inventariseren
Dik of dikke inventariseren
Oud of oude inventariseren
Goed of goede inventariseren
Wat rijmt er op inventariseren
Elk of elke: Elk inventariseren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat inventariseren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons inventariseren
Wat rijmt er op inventariseren
Oefening van de dag