De of het levensvatbaarheid?
De levensvatbaarheid
Is het de of het levensvatbaarheid
In de Nederlandse taal gebruiken wij de levensvatbaarheid.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: viability
Deutsch: Durchführbarkeit | Bekijk of het der of die Durchführbarkeit is.
Français: viabilité | Bekijk of het Le o La viabilité is.
Jou of jouw: jouw levensvatbaarheid
Buigings-e:
Mooi of mooie levensvatbaarheid
Groot of grote levensvatbaarheid
Half of halve levensvatbaarheid
Grappig of grappige levensvatbaarheid
Leeg of lege levensvatbaarheid
leuk of leuke levensvatbaarheid
Vet of vette levensvatbaarheid
Snel of snelle levensvatbaarheid
Wit of witte levensvatbaarheid
Klein of kleine levensvatbaarheid
Rood of rode levensvatbaarheid
Dik of dikke levensvatbaarheid
Oud of oude levensvatbaarheid
Goed of goede levensvatbaarheid
Wat rijmt er op levensvatbaarheid
Elk of elke: Elke levensvatbaarheid
Aanwijzend voornaamwoord: Die levensvatbaarheid
Bezittelijk voornaamwoord: Onze levensvatbaarheid
Wat rijmt er op levensvatbaarheid
Buigings-e:
Mooi of mooie levensvatbaarheid
Groot of grote levensvatbaarheid
Half of halve levensvatbaarheid
Grappig of grappige levensvatbaarheid
Leeg of lege levensvatbaarheid
leuk of leuke levensvatbaarheid
Vet of vette levensvatbaarheid
Snel of snelle levensvatbaarheid
Wit of witte levensvatbaarheid
Klein of kleine levensvatbaarheid
Rood of rode levensvatbaarheid
Dik of dikke levensvatbaarheid
Oud of oude levensvatbaarheid
Goed of goede levensvatbaarheid
Wat rijmt er op levensvatbaarheid
Elk of elke: Elke levensvatbaarheid
Aanwijzend voornaamwoord: Die levensvatbaarheid
Bezittelijk voornaamwoord: Onze levensvatbaarheid
Wat rijmt er op levensvatbaarheid
Oefening van de dag