De of het naarstiglijk?
Het naarstiglijk
Is het de of het naarstiglijk
In de Nederlandse taal gebruiken wij het naarstiglijk.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: diligently
Deutsch: fleißig | Bekijk of het der of die fleißig is.
Français: diligemment | Bekijk of het Le o La diligemment is.
Jou of jouw: jouw naarstiglijk
Buigings-e:
Mooi of mooie naarstiglijk
Groot of grote naarstiglijk
Half of halve naarstiglijk
Grappig of grappige naarstiglijk
Leeg of lege naarstiglijk
leuk of leuke naarstiglijk
Vet of vette naarstiglijk
Snel of snelle naarstiglijk
Wit of witte naarstiglijk
Klein of kleine naarstiglijk
Rood of rode naarstiglijk
Dik of dikke naarstiglijk
Oud of oude naarstiglijk
Goed of goede naarstiglijk
Wat rijmt er op naarstiglijk
Elk of elke: Elk naarstiglijk
Aanwijzend voornaamwoord: Dat naarstiglijk
Bezittelijk voornaamwoord: Ons naarstiglijk
Wat rijmt er op naarstiglijk
Buigings-e:
Mooi of mooie naarstiglijk
Groot of grote naarstiglijk
Half of halve naarstiglijk
Grappig of grappige naarstiglijk
Leeg of lege naarstiglijk
leuk of leuke naarstiglijk
Vet of vette naarstiglijk
Snel of snelle naarstiglijk
Wit of witte naarstiglijk
Klein of kleine naarstiglijk
Rood of rode naarstiglijk
Dik of dikke naarstiglijk
Oud of oude naarstiglijk
Goed of goede naarstiglijk
Wat rijmt er op naarstiglijk
Elk of elke: Elk naarstiglijk
Aanwijzend voornaamwoord: Dat naarstiglijk
Bezittelijk voornaamwoord: Ons naarstiglijk
Wat rijmt er op naarstiglijk
Oefening van de dag