De of het nachtgoed?
Het nachtgoed
Is het de of het nachtgoed
In de Nederlandse taal gebruiken wij het nachtgoed.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: nightwear
Deutsch: Nachtwäsche | Bekijk of het der of die Nachtwäsche is.
Français: vêtement de nuit | Bekijk of het Le o La vêtement de nuit is.
Jou of jouw: jouw nachtgoed
Buigings-e:
Mooi of mooie nachtgoed
Groot of grote nachtgoed
Half of halve nachtgoed
Grappig of grappige nachtgoed
Leeg of lege nachtgoed
leuk of leuke nachtgoed
Vet of vette nachtgoed
Snel of snelle nachtgoed
Wit of witte nachtgoed
Klein of kleine nachtgoed
Rood of rode nachtgoed
Dik of dikke nachtgoed
Oud of oude nachtgoed
Goed of goede nachtgoed
Wat rijmt er op nachtgoed
Elk of elke: Elk nachtgoed
Aanwijzend voornaamwoord: Dat nachtgoed
Bezittelijk voornaamwoord: Ons nachtgoed
Wat rijmt er op nachtgoed
Buigings-e:
Mooi of mooie nachtgoed
Groot of grote nachtgoed
Half of halve nachtgoed
Grappig of grappige nachtgoed
Leeg of lege nachtgoed
leuk of leuke nachtgoed
Vet of vette nachtgoed
Snel of snelle nachtgoed
Wit of witte nachtgoed
Klein of kleine nachtgoed
Rood of rode nachtgoed
Dik of dikke nachtgoed
Oud of oude nachtgoed
Goed of goede nachtgoed
Wat rijmt er op nachtgoed
Elk of elke: Elk nachtgoed
Aanwijzend voornaamwoord: Dat nachtgoed
Bezittelijk voornaamwoord: Ons nachtgoed
Wat rijmt er op nachtgoed
Oefening van de dag