De of het oktobermaand?
De oktobermaand
Is het de of het oktobermaand
In de Nederlandse taal gebruiken wij de oktobermaand.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: month of October
Deutsch: Monat Oktober | Bekijk of het der of die Monat Oktober is.
Français: mois d'Octobre | Bekijk of het Le o La mois d'Octobre is.
Jou of jouw: jouw oktobermaand
Buigings-e:
Mooi of mooie oktobermaand
Groot of grote oktobermaand
Half of halve oktobermaand
Grappig of grappige oktobermaand
Leeg of lege oktobermaand
leuk of leuke oktobermaand
Vet of vette oktobermaand
Snel of snelle oktobermaand
Wit of witte oktobermaand
Klein of kleine oktobermaand
Rood of rode oktobermaand
Dik of dikke oktobermaand
Oud of oude oktobermaand
Goed of goede oktobermaand
Wat rijmt er op oktobermaand
Elk of elke: Elke oktobermaand
Aanwijzend voornaamwoord: Die oktobermaand
Bezittelijk voornaamwoord: Onze oktobermaand
Wat rijmt er op oktobermaand
Buigings-e:
Mooi of mooie oktobermaand
Groot of grote oktobermaand
Half of halve oktobermaand
Grappig of grappige oktobermaand
Leeg of lege oktobermaand
leuk of leuke oktobermaand
Vet of vette oktobermaand
Snel of snelle oktobermaand
Wit of witte oktobermaand
Klein of kleine oktobermaand
Rood of rode oktobermaand
Dik of dikke oktobermaand
Oud of oude oktobermaand
Goed of goede oktobermaand
Wat rijmt er op oktobermaand
Elk of elke: Elke oktobermaand
Aanwijzend voornaamwoord: Die oktobermaand
Bezittelijk voornaamwoord: Onze oktobermaand
Wat rijmt er op oktobermaand
Oefening van de dag