De of het oorlogsdagboek?
Het oorlogsdagboek
Is het de of het oorlogsdagboek
In de Nederlandse taal gebruiken wij het oorlogsdagboek.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: War Diary
Deutsch: Kriegstagebuch | Bekijk of het der of die Kriegstagebuch is.
Français: Journal de guerre | Bekijk of het Le o La Journal de guerre is.
Jou of jouw: jouw oorlogsdagboek
Buigings-e:
Mooi of mooie oorlogsdagboek
Groot of grote oorlogsdagboek
Half of halve oorlogsdagboek
Grappig of grappige oorlogsdagboek
Leeg of lege oorlogsdagboek
leuk of leuke oorlogsdagboek
Vet of vette oorlogsdagboek
Snel of snelle oorlogsdagboek
Wit of witte oorlogsdagboek
Klein of kleine oorlogsdagboek
Rood of rode oorlogsdagboek
Dik of dikke oorlogsdagboek
Oud of oude oorlogsdagboek
Goed of goede oorlogsdagboek
Wat rijmt er op oorlogsdagboek
Elk of elke: Elk oorlogsdagboek
Aanwijzend voornaamwoord: Dat oorlogsdagboek
Bezittelijk voornaamwoord: Ons oorlogsdagboek
Wat rijmt er op oorlogsdagboek
Buigings-e:
Mooi of mooie oorlogsdagboek
Groot of grote oorlogsdagboek
Half of halve oorlogsdagboek
Grappig of grappige oorlogsdagboek
Leeg of lege oorlogsdagboek
leuk of leuke oorlogsdagboek
Vet of vette oorlogsdagboek
Snel of snelle oorlogsdagboek
Wit of witte oorlogsdagboek
Klein of kleine oorlogsdagboek
Rood of rode oorlogsdagboek
Dik of dikke oorlogsdagboek
Oud of oude oorlogsdagboek
Goed of goede oorlogsdagboek
Wat rijmt er op oorlogsdagboek
Elk of elke: Elk oorlogsdagboek
Aanwijzend voornaamwoord: Dat oorlogsdagboek
Bezittelijk voornaamwoord: Ons oorlogsdagboek
Wat rijmt er op oorlogsdagboek
Oefening van de dag