De of het randstedelijk?
Het randstedelijk
Is het de of het randstedelijk
In de Nederlandse taal gebruiken wij het randstedelijk.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: Randstad
Deutsch: Randstad | Bekijk of het der of die Randstad is.
Français: Randstad | Bekijk of het Le o La Randstad is.
Jou of jouw: jouw randstedelijk
Buigings-e:
Mooi of mooie randstedelijk
Groot of grote randstedelijk
Half of halve randstedelijk
Grappig of grappige randstedelijk
Leeg of lege randstedelijk
leuk of leuke randstedelijk
Vet of vette randstedelijk
Snel of snelle randstedelijk
Wit of witte randstedelijk
Klein of kleine randstedelijk
Rood of rode randstedelijk
Dik of dikke randstedelijk
Oud of oude randstedelijk
Goed of goede randstedelijk
Wat rijmt er op randstedelijk
Elk of elke: Elk randstedelijk
Aanwijzend voornaamwoord: Dat randstedelijk
Bezittelijk voornaamwoord: Ons randstedelijk
Wat rijmt er op randstedelijk
Buigings-e:
Mooi of mooie randstedelijk
Groot of grote randstedelijk
Half of halve randstedelijk
Grappig of grappige randstedelijk
Leeg of lege randstedelijk
leuk of leuke randstedelijk
Vet of vette randstedelijk
Snel of snelle randstedelijk
Wit of witte randstedelijk
Klein of kleine randstedelijk
Rood of rode randstedelijk
Dik of dikke randstedelijk
Oud of oude randstedelijk
Goed of goede randstedelijk
Wat rijmt er op randstedelijk
Elk of elke: Elk randstedelijk
Aanwijzend voornaamwoord: Dat randstedelijk
Bezittelijk voornaamwoord: Ons randstedelijk
Wat rijmt er op randstedelijk
Oefening van de dag