De of het spandoek?
Het spandoek
Is het de of het spandoek
In de Nederlandse taal gebruiken wij het spandoek.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
Bekijk hier de betekenis van spandoek
Meervoud: spandoeken
English: banner
Deutsch: Banner | Bekijk of het der of die Banner is.
Français: bannière | Bekijk of het Le o La bannière is.
Jou of jouw: jouw spandoek
Buigings-e:
Mooi of mooie spandoek
Groot of grote spandoek
Half of halve spandoek
Grappig of grappige spandoek
Leeg of lege spandoek
leuk of leuke spandoek
Vet of vette spandoek
Snel of snelle spandoek
Wit of witte spandoek
Klein of kleine spandoek
Rood of rode spandoek
Dik of dikke spandoek
Oud of oude spandoek
Goed of goede spandoek
Wat rijmt er op spandoek
Elk of elke: Elk spandoek
Aanwijzend voornaamwoord: Dat spandoek
Bezittelijk voornaamwoord: Ons spandoek
Wat rijmt er op spandoek
Buigings-e:
Mooi of mooie spandoek
Groot of grote spandoek
Half of halve spandoek
Grappig of grappige spandoek
Leeg of lege spandoek
leuk of leuke spandoek
Vet of vette spandoek
Snel of snelle spandoek
Wit of witte spandoek
Klein of kleine spandoek
Rood of rode spandoek
Dik of dikke spandoek
Oud of oude spandoek
Goed of goede spandoek
Wat rijmt er op spandoek
Elk of elke: Elk spandoek
Aanwijzend voornaamwoord: Dat spandoek
Bezittelijk voornaamwoord: Ons spandoek
Wat rijmt er op spandoek
Oefening van de dag