De of het telefoonnutelefoonnummer?
Het telefoonnutelefoonnummer
Is het de of het telefoonnutelefoonnummer
In de Nederlandse taal gebruiken wij het telefoonnutelefoonnummer.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: telephone number
Jou of jouw: jouw telefoonnutelefoonnummer
Buigings-e:
Mooi of mooie telefoonnutelefoonnummer
Groot of grote telefoonnutelefoonnummer
Half of halve telefoonnutelefoonnummer
Grappig of grappige telefoonnutelefoonnummer
Leeg of lege telefoonnutelefoonnummer
leuk of leuke telefoonnutelefoonnummer
Vet of vette telefoonnutelefoonnummer
Snel of snelle telefoonnutelefoonnummer
Wit of witte telefoonnutelefoonnummer
Klein of kleine telefoonnutelefoonnummer
Rood of rode telefoonnutelefoonnummer
Dik of dikke telefoonnutelefoonnummer
Oud of oude telefoonnutelefoonnummer
Goed of goede telefoonnutelefoonnummer
Wat rijmt er op telefoonnutelefoonnummer
Elk of elke: Elk telefoonnutelefoonnummer
Aanwijzend voornaamwoord: Dat telefoonnutelefoonnummer
Bezittelijk voornaamwoord: Ons telefoonnutelefoonnummer
Wat rijmt er op telefoonnutelefoonnummer
Buigings-e:
Mooi of mooie telefoonnutelefoonnummer
Groot of grote telefoonnutelefoonnummer
Half of halve telefoonnutelefoonnummer
Grappig of grappige telefoonnutelefoonnummer
Leeg of lege telefoonnutelefoonnummer
leuk of leuke telefoonnutelefoonnummer
Vet of vette telefoonnutelefoonnummer
Snel of snelle telefoonnutelefoonnummer
Wit of witte telefoonnutelefoonnummer
Klein of kleine telefoonnutelefoonnummer
Rood of rode telefoonnutelefoonnummer
Dik of dikke telefoonnutelefoonnummer
Oud of oude telefoonnutelefoonnummer
Goed of goede telefoonnutelefoonnummer
Wat rijmt er op telefoonnutelefoonnummer
Elk of elke: Elk telefoonnutelefoonnummer
Aanwijzend voornaamwoord: Dat telefoonnutelefoonnummer
Bezittelijk voornaamwoord: Ons telefoonnutelefoonnummer
Wat rijmt er op telefoonnutelefoonnummer
Oefening van de dag