De of het carnavalsoptocht?
De carnavalsoptocht
Is het de of het carnavalsoptocht
In de Nederlandse taal gebruiken wij de carnavalsoptocht.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: carnival
Deutsch: Karneval | Bekijk of het der of die Karneval is.
Français: carnaval | Bekijk of het Le o La carnaval is.
Jou of jouw: jouw carnavalsoptocht
Buigings-e:
Mooi of mooie carnavalsoptocht
Groot of grote carnavalsoptocht
Half of halve carnavalsoptocht
Grappig of grappige carnavalsoptocht
Leeg of lege carnavalsoptocht
leuk of leuke carnavalsoptocht
Vet of vette carnavalsoptocht
Snel of snelle carnavalsoptocht
Wit of witte carnavalsoptocht
Klein of kleine carnavalsoptocht
Rood of rode carnavalsoptocht
Dik of dikke carnavalsoptocht
Oud of oude carnavalsoptocht
Goed of goede carnavalsoptocht
Wat rijmt er op carnavalsoptocht
Elk of elke: Elke carnavalsoptocht
Aanwijzend voornaamwoord: Die carnavalsoptocht
Bezittelijk voornaamwoord: Onze carnavalsoptocht
Wat rijmt er op carnavalsoptocht
Buigings-e:
Mooi of mooie carnavalsoptocht
Groot of grote carnavalsoptocht
Half of halve carnavalsoptocht
Grappig of grappige carnavalsoptocht
Leeg of lege carnavalsoptocht
leuk of leuke carnavalsoptocht
Vet of vette carnavalsoptocht
Snel of snelle carnavalsoptocht
Wit of witte carnavalsoptocht
Klein of kleine carnavalsoptocht
Rood of rode carnavalsoptocht
Dik of dikke carnavalsoptocht
Oud of oude carnavalsoptocht
Goed of goede carnavalsoptocht
Wat rijmt er op carnavalsoptocht
Elk of elke: Elke carnavalsoptocht
Aanwijzend voornaamwoord: Die carnavalsoptocht
Bezittelijk voornaamwoord: Onze carnavalsoptocht
Wat rijmt er op carnavalsoptocht
Oefening van de dag