De of het crisiscommunicatie?
De crisiscommunicatie
Is het de of het crisiscommunicatie
In de Nederlandse taal gebruiken wij de crisiscommunicatie.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: crisis
Deutsch: Krise | Bekijk of het der of die Krise is.
Français: la crise | Bekijk of het Le o La la crise is.
Jou of jouw: jouw crisiscommunicatie
Buigings-e:
Mooi of mooie crisiscommunicatie
Groot of grote crisiscommunicatie
Half of halve crisiscommunicatie
Grappig of grappige crisiscommunicatie
Leeg of lege crisiscommunicatie
leuk of leuke crisiscommunicatie
Vet of vette crisiscommunicatie
Snel of snelle crisiscommunicatie
Wit of witte crisiscommunicatie
Klein of kleine crisiscommunicatie
Rood of rode crisiscommunicatie
Dik of dikke crisiscommunicatie
Oud of oude crisiscommunicatie
Goed of goede crisiscommunicatie
Wat rijmt er op crisiscommunicatie
Elk of elke: Elke crisiscommunicatie
Aanwijzend voornaamwoord: Die crisiscommunicatie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze crisiscommunicatie
Wat rijmt er op crisiscommunicatie
Buigings-e:
Mooi of mooie crisiscommunicatie
Groot of grote crisiscommunicatie
Half of halve crisiscommunicatie
Grappig of grappige crisiscommunicatie
Leeg of lege crisiscommunicatie
leuk of leuke crisiscommunicatie
Vet of vette crisiscommunicatie
Snel of snelle crisiscommunicatie
Wit of witte crisiscommunicatie
Klein of kleine crisiscommunicatie
Rood of rode crisiscommunicatie
Dik of dikke crisiscommunicatie
Oud of oude crisiscommunicatie
Goed of goede crisiscommunicatie
Wat rijmt er op crisiscommunicatie
Elk of elke: Elke crisiscommunicatie
Aanwijzend voornaamwoord: Die crisiscommunicatie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze crisiscommunicatie
Wat rijmt er op crisiscommunicatie
Oefening van de dag