De of het flitsblokje?
Het flitsblokje
Is het de of het flitsblokje
In de Nederlandse taal gebruiken wij het flitsblokje.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: flash cube
Deutsch: Flash-Block | Bekijk of het der of die Flash-Block is.
Français: bloc flash | Bekijk of het Le o La bloc flash is.
Jou of jouw: jouw flitsblokje
Buigings-e:
Mooi of mooie flitsblokje
Groot of grote flitsblokje
Half of halve flitsblokje
Grappig of grappige flitsblokje
Leeg of lege flitsblokje
leuk of leuke flitsblokje
Vet of vette flitsblokje
Snel of snelle flitsblokje
Wit of witte flitsblokje
Klein of kleine flitsblokje
Rood of rode flitsblokje
Dik of dikke flitsblokje
Oud of oude flitsblokje
Goed of goede flitsblokje
Wat rijmt er op flitsblokje
Elk of elke: Elk flitsblokje
Aanwijzend voornaamwoord: Dat flitsblokje
Bezittelijk voornaamwoord: Ons flitsblokje
Wat rijmt er op flitsblokje
Buigings-e:
Mooi of mooie flitsblokje
Groot of grote flitsblokje
Half of halve flitsblokje
Grappig of grappige flitsblokje
Leeg of lege flitsblokje
leuk of leuke flitsblokje
Vet of vette flitsblokje
Snel of snelle flitsblokje
Wit of witte flitsblokje
Klein of kleine flitsblokje
Rood of rode flitsblokje
Dik of dikke flitsblokje
Oud of oude flitsblokje
Goed of goede flitsblokje
Wat rijmt er op flitsblokje
Elk of elke: Elk flitsblokje
Aanwijzend voornaamwoord: Dat flitsblokje
Bezittelijk voornaamwoord: Ons flitsblokje
Wat rijmt er op flitsblokje
Oefening van de dag