De of het dankzeggen?
Het dankzeggen
Is het de of het dankzeggen
In de Nederlandse taal gebruiken wij het dankzeggen.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: thank
Deutsch: danken | Bekijk of het der of die danken is.
Français: merci | Bekijk of het Le o La merci is.
Jou of jouw: jouw dankzeggen
Buigings-e:
Mooi of mooie dankzeggen
Groot of grote dankzeggen
Half of halve dankzeggen
Grappig of grappige dankzeggen
Leeg of lege dankzeggen
leuk of leuke dankzeggen
Vet of vette dankzeggen
Snel of snelle dankzeggen
Wit of witte dankzeggen
Klein of kleine dankzeggen
Rood of rode dankzeggen
Dik of dikke dankzeggen
Oud of oude dankzeggen
Goed of goede dankzeggen
Wat rijmt er op dankzeggen
Elk of elke: Elk dankzeggen
Aanwijzend voornaamwoord: Dat dankzeggen
Bezittelijk voornaamwoord: Ons dankzeggen
Wat rijmt er op dankzeggen
Buigings-e:
Mooi of mooie dankzeggen
Groot of grote dankzeggen
Half of halve dankzeggen
Grappig of grappige dankzeggen
Leeg of lege dankzeggen
leuk of leuke dankzeggen
Vet of vette dankzeggen
Snel of snelle dankzeggen
Wit of witte dankzeggen
Klein of kleine dankzeggen
Rood of rode dankzeggen
Dik of dikke dankzeggen
Oud of oude dankzeggen
Goed of goede dankzeggen
Wat rijmt er op dankzeggen
Elk of elke: Elk dankzeggen
Aanwijzend voornaamwoord: Dat dankzeggen
Bezittelijk voornaamwoord: Ons dankzeggen
Wat rijmt er op dankzeggen
Oefening van de dag